Rouke Broersma (1940 Amsterdam). Woont sinds 1975 in Bunne. Onderwijs-loopbaan (schoolmeester, leraar, pabo-docent) van 1960-2001. Publiceerde in de jaren zeventig: verhalen, gedichten (De Hoge Veluwe en andere toponiemen), een novelle en een roman (De put). In de jaren tachtig en negentig: onderwijspublicaties.
De afgelopen tien jaar:
1. Drèentse Schrieverij, een Drentse literatuurgeschiedenis en de bloemlezing Scheupers van de taol.
2. Essays en gedichten, onder andere in het tijdschrift Roet.
3. Publicaties over het Freinet-onderwijs en Freinet, waaronder Tony de Wees (de vertaling van een kinderboekje van Freinet, met autobiografische trekjes) en Célestin Freinet, een pedagoog voor onze tijd (vertaling van de Freinet-biografie van Michel Barré).
4 Het zingen van Prévert
In de voorgaande stukjes heb ik een begin gemaakt met de beantwoording van de vraag: waarom zoveel vogels zoveel zinnen? Over zinnen en over vogels heb ik het gehad, maar er valt nog wel wat meer over de titel te zeggen. Ik wil er ook mee aangeven dat de bundel veelvormig en meerstemmig is, dat er stemmen van andere dichters in mijn werk meeklinken. Logisch, want niemand houdt het vol in een literaire isoleercel. Zo is in Het Puttertje de stem van Nijhoff duidelijk hoorbaar en in Lentepaar in Basho’s ven noem ik het bewonderde voorbeeld met name.
Soms zijn die andere dichters of gedichten nauwelijks waarneembaar, ook voor mezelf. Een enkele keer kom ik er pas veel later achter, als ik het gedicht herschrijf bijvoorbeeld. Twee dichters zijn prominent aanwezig in Zoveel vogels zoveel zingen, twee dichters die ik om verschillende redenen bewonder: de Ier Seamus Heany (1939) en de Fransman Jacques Prévert (1900-1977) . Van Heany heb ik één vogelgedicht en enkele veengedichten vertaald, van Prévert, onder de titel Het zingen van Prévert,
zeven vogelgedichten uit
de bundel Paroles die in 1946 verscheen.
In 1949 verscheen een pocket-editie in de legendarische reeks Le livre de poche (uitgeverij Gallimard). Die kocht ik toen ik een jaar of achttien was, omdat …, nee, dat is een verhaal apart.
Het papier is inmiddels danig vergeeld, zeg maar verbruind, maar op de eerste pagina staat nog heel duidelijk de prijs, in potlood geschreven: NL 1.80, zegge: één gulden
en tachtig cent!
Hieronder volgt een vertaling van Page d’écriture dat ik de titel Schoonschrift gaf, maar er valt ook wel iets te zeggen voor Schoolschrift. Of weet iemand een nog mooiere oplossing?
De grote uitgever Gallimard geeft voor het onderwijs een speciale serie uit genaamd 'folio benjamin'. In deze serie worden de leerlingen op een speelse wijze in contact gebracht met Franse en ook buitenlandse dichters. De deeltjes, uitgegeven in klein formaat zijn schitterend geillustreerd en in meerkleuren gedrukt. Stuk voor stuk juweeltjes, voor kinderen en volwassenen en vooral voor onderwijsgevenden.SCHOONSCHRIFT